Duurzaam ecologisch, een pleonasme?

Duurzaam ecologisch, is dat een pleonasme?

Dat groen gras een pleonasme is hoef ik niet uit te leggen, toch? Dat is de stijlfiguur. Eigenlijk zou duurzame ecologie ook zo’n stijlfiguur moeten zijn. Een ecologisch gebouw zou vanzelf ook duurzaam moeten zijn. Dat wil zeggen: heel lang mee moeten gaan.

Duurzaam

Duurzaam is de laatste jaren een groot begrip geworden. Het installeren van waterbesparende toiletjes of het toepassen van betonnen kanaalplaatvloeren noemen veel mensen al duurzaam. Wat mij betreft is dat wat te gemakkelijk. Natuurlijk besparen kanaalplaatvloeren een beetje beton. We pasten ze veertig jaar geleden ook al toe:  uit oogpunt van prijs. Wat mij betreft houden we de taal zuiver: Duurzaam betekent dan: gaat lang mee.

Ecologisch

Een ecologisch gebouw moet wat mij betreft ook zo uitgedacht zijn dat het lang meegaat. Onbehandeld hout is prachtig, maar moet zo gedetailleerd dat water er makkelijk afloopt en dat het hout dan snel kan drogen. Een sponning voor beglazing altijd even schilderen, ook als je kozijn verder onbehandeld is. Een spouw onder en boven goed ventiler. Verf op de gevel? Niet al te donker nemen (dan wordt het te heet!). Soms moet je de open deur toch intrappen: de buitenrand van het balkon lager dan de binnenrand. Een kilgoot? Maak hem zo breed dat je erin kunt lopen. Folie als waterkering achter oude dakpannen? Neem hem UV-bestendig. Anders is ie in twee jaar weg. Je gelooft het niet, maar dit soort simpele dingen wordt niet altijd gedaan. Het zijn vele kleine details die een ecologisch gebouw duurzaam maken.

Een slecht voorbeeld van ecologische bouw

Recent werd ik als expert weer eens betrokken bij een geschil tussen een opdrachtgever en een zich ecologisch noemende aannemer. Het resultaat van de bouw was betreurenswaardig. Inwaterende, sterk werkende details, met kit als primaire waterdichting.

ecologisch bouwen wil niet altijd zeggen duurzaam bouwen.

duurzaam bouwen moet betekenen: lang meegaan èn ecologisch zijn, maar dit detail is “morgen” al lek.

De dakbedekking van EPDM-folie had afschuwelijk scherpe plooien omdat de verticaal te maken dakdoorvoeren als horizontaal geplaatste uitlopen waren gebruikt. Dakopstandjes van vijf centimeter waar die vijf centimeter ook alleen maar bestonden omdat de dakbedekking tegen het kozijn was aangeplakt. Koudebruggen van aan het buitenklimaat geëxposeerde vloeren en stalen kolommen en zo nog véél meer. Een draak van een huis dus, dat al lekte voor het opgeleverd was en een paar maanden later een hele serie ellendige momenten achter de rug heeft.

Ecologie? Geweldig, maar verzaak NOOIT bewezen bouwtechniek en materiaaltoepassing.

Mijn persoonlijke ervaring is (mede door mijn betrokkenheid in zaken als schade-expert) dat je beter een goede ecologisch architect kunt hebben en een goede, gewone aannemer die moet worden opgevoed in ecologisch denken, dan een gewone architect en een ecologisch aannemer. Het is namelijk veel moeilijker om een ontwerp dat niet vanaf het eerste concept ecologisch is, na aanbesteding alsnog zo te krijgen, dan een goed ontworpen gebouw ook goed door een aanbesteding heen te slepen.

Het oude gezegde gaat dus ook hier op: Bezint eer ge begint. Modern vertaald: Liever vóórdenken in plaats van nadenken.