duurzaam bouwen, een paar basistips
Een goed begin is het halve werk. Dat geldt zeker ook als je plannen hebt je huis duurzaam te gaan bouwen. Door rekening te houden met een aantal zaken voordat je daadwerkelijk jouw duurzame woning gaat bouwen bespaar je jezelf een hoop tijd, geld en ergernis.
- Oriënteer je woning zo dat bezonning een genot is en geen bedreiging van opwarming.
- Maak een programma van eisen met toekomstperspectief. Het is zonde als je over vijf jaar alweer moet gaan verbouwen.
- Investeer vooral in de gebouwschil. Die blijft lang. Mooie technische apparaten zijn elke paar jaar verouderd.
- Maak je huis “afbreekbaar”: Gebruik zoveel mogelijk materiaal dat aan het eind van de levensduur met een gerust hart de tuin, de kachel en nog liever: opnieuw de fabriek of een nieuw gebouw in kan. Of het nu Bio-based, Cradle to Cradle of ecologisch heet doet er minder toe.
- Maak je huis flexibel, maar wel karakteristiek. Beeldarme gebouwen hebben maatschappelijk een korte levensduur.
- Maak een ademende constructie en denk aan de temperatuur van binnenoppervlakken in minder goed geventileerde delen.
- Detailleer alsof het ook horizontaal kan regenen. Dat doet het namelijk af en toe!
- Laat de eventueel betrokken architect vooral niet experimenteren met jouw huis als je de risico’s niet op waarde kunt schatten.
- Zondig nooit tegen deze gouwe ouwe: maak altijd voldoende afschot op daken en in riolering.
- Leg in ruime mate lege buizen aan. Het is buitengewoon handig om in de toekomst nog eens ergens een kabeltje heen te kunnen trekken. (van al die draadloze elektromagnetische velden komen we namelijk nog wel een terug)
- Stort geen kanalen in een betonvloer. Je kunt er namelijk nooit meer iets aan veranderen.
- Houd een kruipruimte van behoorlijke hoogte. Je zult zien dat je er af en toe toch in moet werken.
Al deze tips zijn ieder voor zich natuurlijk al een blog waard. Bij een paar zal dat er ook wel van komen.